Regulatie zonder trucjes

Credits voor de polyvagaal visual zijn voor Sandra Stroeve

Zenuwstelselregulatie is geen slimme hack om vervelende emoties te onderdrukken of altijd in balans te zijn. Regulatie betekent meer kunnen dragen, zonder overspoeld te raken.

Ons zenuwstelsel is voortdurend aan het scannen of we veilig zijn. Dat heet neuroceptie.

Wat is neuroceptie en hoe werkt het precies?

Neuroceptie is het vermogen van ons zenuwstelsel om automatisch — dus zonder dat we het bewust merken — signalen van veiligheid of gevaar op te pikken. Het is als een ingebouwde bewaker die constant checkt: is dit veilig of niet? Dit gebeurt razendsnel, en op allerlei niveaus: via onze zintuigen (wat we horen, zien, ruiken), via lichaamstaal van anderen, en zelfs via de toon van iemands stem. Het bijzondere aan neuroceptie is dat het vóór het denken komt. Dus nog voordat je hebt bedacht of iets oké is, heeft je lichaam al een beslissing genomen. En op basis daarvan reageert je hele systeem.

Lijkt iets niet oké of spannend? Dan zetten we direct een overlevingsstrategie in. Misschien stop je even met ademen, span je je buik aan of racen de gedachten door je hoofd.

De drie meest voorkomende copingmechanismen: fight, flight en freeze

  1. Freeze

    Je adem stokt, je lichaam verstijft. Je weet niet meer wat je moet zeggen of doen. Bijvoorbeeld: je krijgt tijdens een vergadering ineens een kritische vraag en je hoofd lijkt blanco. Je bevriest. Je weet dat je iets zou willen zeggen, maar het lukt niet. Je bent letterlijk ‘vastgezet’ door je zenuwstelsel.

  2. Fight

    Je voelt onrust, spanning. Je wordt kortaf of prikkelbaar. Bijvoorbeeld: je hebt een drukke dag gehad op je werk, iemand zegt iets verkeerds tegen je partner, en jij reageert ineens fel. Niet omdat je dat per se wílt, maar omdat je systeem denkt dat het moet vechten. Soms merk je het pas achteraf.

  3. Flight

    Je vermijdt wat ongemakkelijk voelt. Niet meer letterlijk wegrennen, maar wel op manieren die subtieler zijn. Denk aan eindeloos scrollen, een serie opzetten om maar niet te hoeven voelen, een glas wijn inschenken “om te ontspannen”, of grijpen naar snacks. Alles om maar even weg te zijn van wat er zich vanbinnen afspeelt.

Regulatie begint bij leren herkennen wat je lijf en brein doen als je onder druk staat. Want als je herkent wanneer er op de spreekwoordelijke overlevingsknop wordt gedrukt, kun je ook leren terugschakelen.

Uit de automatische piloot (oranje en rood) en terug naar de veiligheid die al in je zit (groen).

Want alleen vanuit veiligheid kunnen we bewust keuzes maken.

Regulatie vraagt dus om nieuwsgierigheid naar onszelf en naar onze automatische reacties. Niet alleen vanuit ons hoofd, maar juist door op te merken wat er in ons lijf gebeurt. Dat kleine knoopje in je buik. Die spanning in je schouders. Die onrust in je benen. Het zijn allemaal signalen.

Dat maakt regulatie geen quick fix om je emoties te controleren. Het betekent ook niet dat je altijd in balans bent of dat niks je meer raakt (saaie boel 😉).

Eigenlijk is het veel grootser dan dat:

Regulatie vergroot je draagkracht omdat je de veiligheid in jezelf weet te vinden. Zo kun je aanwezig blijven bij de chaos die 'leven' heet. Ook als het stormt.


De drie stappen van regulatie:

  1. Herkennen in welke stand je lijf zich bevindt

    Voel je je veilig (groen), gejaagd of onrustig (oranje), of juist verdoofd of afgesloten (rood/freeze)? Je hoeft het niet meteen te veranderen — het begint bij opmerken. Soms is alleen dat al genoeg om iets te verzachten.

  2. Tools hebben om een stap terug te zetten

    Dat kan iets kleins zijn: een diepe ademhaling, je hand op je hart leggen, even naar buiten lopen, je voeten voelen op de grond. Iets dat je helpt om weer contact te maken met jezelf. Wat werkt, is persoonlijk — het is geen trucje, maar een oefening in zelfonderzoek.

  3. Terug navigeren naar de veiligheid die al in je zit

    Niet geforceerd, maar met mildheid. De veilige stand betekent niet dat je je blij of rustig voelt, maar dat je aanwezig kunt zijn bij wat er is. Zelfs als het ongemakkelijk is. Vanuit daar kun je weer verbinding maken: met jezelf, met anderen, met het moment.


Dat is voor mij nou balans 🙂.

Niet het vermijden van spanning, maar het leren dragen ervan. Weten dat je zenuwstelsel niet je vijand is, maar een bondgenoot die je helpt overleven. En dat je, met wat oefening, steeds beter kunt terugvinden wat je allang in je hebt: veiligheid. Verbinding. Veerkracht.

Zo wordt regulatie geen doel op zich, maar een manier van leven.

Eén waarin je steeds weer leert: ik kan dit aan. Ook dit.

Hulp nodig?

Lisette is lichaamsgericht therapeut en coach in Amsterdam. Kennismaken? Dat kan! Klik hier om een gratis plekje te reserveren.

Volgende
Volgende

Introversie als stille kracht